Na een lange treinrit kwamen we aan in Noordoost-Polen. Vanuit Warschau namen we de trein naar Bialystok waar Rikus ons op wachtte. Eerst 1,5 dag naar het laatste laagland oerbos van Europa Bialowieza en aansluitend 6 dagen naar rivierengebied de Biebzra. Deze reis bestond uit een bont gezelschap. Twee mensen van NM Veluwezoom, twee studenten van Larenstein, Marjan Oudshoorn en een vriendin van haar en ikzelf. Samen hadden we ruim voldoende kennis om veel bijzondere flora en fauna op naam te brengen. Deze reis stond voor mij in het teken van fotografie. Ik wilde graag elanden en vogels fotograferen. De rest van dit verslag doe ik daarom aan de hand van een aantal foto’s.




Een oerbos staat bekend om zijn grote hoeveelheid dood hout, organismen, plantensoorten en ondoordringbaarheid. Tijdens de tweede wereldoorlog legde de Duitsers maar 1 kilometer weg per dag aan. Er kan wel 100-300 kubieke meter door hout per hectare in het oerbos aanwezig zijn. Humus vorming door dood materiaal in de vorm van planten of dieren spelen in oerbos dan ook een belangrijke rol. Hierdoor wordt het ecosysteem steeds rijker en kan de volgende generatie bomen hoger worden.



Een eik van 700 jaar die sterft kan er wel 300 jaar overdoen voordat hij totaal veranderd is in humus. In de tussentijd zorgt hij voor schuilmogelijkheden voor insecten, vogels en knaagdieren. Ook al is hij dood dan speelt hij alsnog een belangrijke rol in het ecosysteem. Levend zijn er op deze oude bomen 150 soorten geteld, als die dood is kan dit oplopen tot wel 500 soorten. Op één van deze dode bomen zagen we de middelste bonte specht zijn jong voeren.
Het bos is 25 bij 25 kilometer. Van dit bos is aan Poolse zijde ongeveer 6000 hectare nationaal park. Hier wordt geen hout geoogst en gejaagd. Omgewaaide bomen worden met de handzaag van het pad verwijderd. Ook mag je als bezoeker aan dit strikte reservaat geen rommel achterlaten. Het oerbos behoudt hierdoor zijn bijzondere identiteit. De rest van het poolse deel van het voormalige oerbos wordt hout geoogst en komen er jaarlijks vele buitenlandse jagers voor drijfjachten en trofeeënjacht. Jagen in zo’n oud bos is zeer waarschijnlijk een unieke ervaring. Ook zonder een geweer  kan je met een lichte inspanning prachtige dingen in het bos ontdekken en door dringen tot de ziel van dit oerbos. Na 5 reizen is dit me aardig gelukt. Het blijft een gebied waar ik graag nog is terugkeer en waar ik elke keer weer andere dingen ontdek. Onderstaande is daarvan een mooi voorbeeld.

Tijdens de fietstocht ‘s middags kwamen we een klein roedel geweidragers tegen. Deze stonden midden op de dag langs de rivier rustig te eten van riet en wilg. Prachtig om te zien dat ondanks de hoge jachtdruk en de korte afstand van de groep deze herten bleven doorgrazen. Ze wisten dat we er waren, maar hadden er geen problemen mee.

Na een lange dag in het oerbos de volgende dag met het busje naar nationaal park Biebzra afgereisd hier zouden we 6 nachten verblijven. Je kan hier prachtig wandelen, fietsen, vogels kijken en kanoën.
In de Biebzra moerassen waren er aardig wat muggen en dus nevelde de DEET in grote hoeveelheden. Ondanks deze kleine lastpakken ga je ook hier terug in de tijd en ontdek je soorten die al lang uit Nederland zijn verdwenen of met ingewikkelde beheersmaatregelen worden behouden. Veel voor Nederlandse begrippen zeldzame vogel, vlinder en plantensoorten hebben we deze reis veelvuldig gezien. Zo zagen we elke dag grauwe klauwier, maar hebben we ook de hop gezien en de wielewaal gehoord.


Ook qua elanden mochten we niet klagen. Al op de eerste dag in de biebzra moerassen opweg naar een uitkijktoren zag één van de deelneemsters “paarden” langs de weg. Na een stuk achteruit rijden bleek het om elanden te gaan. Met de groep snel een open plek langs de weg opgezocht en de elanden prachtig bekeken en gefotografeerd. Het ging om een koe en een 1 jarige stier (spitser).
Later zou blijken dat dit niet de laatste elanden deze reis zouden zijn!


Onderweg naar de accommodatie stopten we bij een touristisch uitzicht punt over het bekken waarin de Biebzra samen komt met de Narew. De afgelopen weken was al een aantal keren in het nieuws geweest dat de Oder en de Wisla voor problemen zorgde. Ook de Biebzra en andere rivieren en zijriviertjes stonden hoger dan normaal. In de wandeling door de Rode moerassen zitten een aantal vochtige stukken. Verschillende van deze plek zakte je over een lengte van een kliometer verschillende keren dat je knieen weg in de modder. Een goede conditie is voor zo’n reis dan ook gewenst.



Tijdens de wandeling door de Rode Moerassen zagen we op een gegeven moment een aantal grote oren boven de vegetatie uitkomen. Met de verrekijker bleek het om een rustende elandkoe te gaan.
Via een omweg samen met de reisleider Rikus de eland tot 30 meter benaderd. Toen had ze ons pas door en liep ze op haar gemak naar de bosrand. Hier heeft ze ons nog zeker 10 minuten staan aankijken waarna ze rustig het bos in liep. Een unieke ervaring.



Na nog vele elanden, twee dagen kanoeën op een rustige en snel stromende rivier en vele prachtige ervaringen. Was het zaterdag al weer tijd om de tas in te pakken en te beginnen aan de terugreis. Ik heb weer genoten van het wilde oosten en wil via deze weg ook alle deelnemers en niet te vergeten Rikus bedanken voor de prachtige week. We mochten niet klagen over het weer en ook de muggen wen je in dit jaargetijde vanzelf aan. DEET is dan wel het codewoord.

Misschien dat ik in de toekomst in samenwerking met Rikus bij voldoende animo vanuit Het Edelhert nog eens richting de Biebzra en Bialowiesa wil. Voor de edelherten is de mooiste tijd tijdens de bronst half september. Als je elanden, bijzondere planten en dergelijke wilt zien kun je beter in mei/ juni. Dus heb je intresse meld je dan via het forum via een PB aan. Het is een heel reis, die zich ter plekke dubbel en dwars terugbetaalt.