door Thijs Wartenbergh

ALMERE – Twee uitkijkposten vanaf de Oostvaardersdijk; een uitkijkheuvel aan het Jan van den Boschpad in het Fluitbos bij Almere; een educatief centrum annex natuurboulevard – een lang wandelpad – bij Almere; extra uitkijkplekken en een wandelroute in het Kotterbos aan de Almeerse zijde; uitbreiding van het gebied bij Lelystad ten zuiden van de spoorlijn met 350 ha waarin in een kleine omgeving de bezoeker een beeld krijgt van wat er in het grote gebied te zien is (een zogenaamd voorbeeldbos) en een wandelpad nabij Lelystad-Haven.
Maar we zijn er nog niet: een koppeling met het aanpalende, 900 ha grote bosgebied het Hollandse Hout in Lelystad; een ecologische verbindingszone die moet doorlopen richting Zeewolde en vervolgens via de Veluwe verder voert; de bouw van een definitief informatiecentrum in Lelystad en de mogelijkheid bezoekers van bovenaf via een kabelbaan een kijkje in het gebied te gunnen.
Waarschijnlijk zijn we gelenog een en ander vergeten, want het is nauwelijks bij te houden wat er allemaal gebeurt in en rondom het bijna 6000 grote internationaal befaamde natuurgebied de Oostvaardersplassen, gelegen tussen Almere en Lelystad in de provincie Flevoland. Het zal geen verbazing wekken dat met deze extra voorzieningen, die voor een deel zijn gerealiseerd, wordt gegokt op een toename van het aantal bezoekers van het gebied. Zowel daadwerkelijk erin, via een wandeling of excursie, dan wel aan de rand ervan (rond de Oostvaardersplassen ligt ook een fietsroute) via een bezoek aan het informatiecentrum, de uitkijkposten en de observatiehutten.

Image
De edelherten van de Oostvaardersplassen: je struikelt er bijna over…

Image
Van het mooie uitzicht op de Oostvaardersplassen genieten vanaf een van de nieuwe uitkijkposten aan de pas heropende Oostvaardersdijk tussen Almere en Lelystad.
Foto's: Bob Friedander

Konikpaarden
De Oostvaardersplassen genieten een bekendheid die ver over onze landsgrenzen reikt. En niet voor niets. Het terrein heeft zich in de loop der jaren kunnen ontwikkelen tot een dorado voor flora en fauna. Door minimaal ingrijpen kon de natuur in de Oostvaardersplassen zich spontaan ontwikkelen en kon een moeras ontstaan, waar zowel de lepelaar, het baardmannetje, de grauwe gans als de aalscholver en de grote zilverreiger zich thuis voelt. Niet zonder reden noemen velen het een oerbos. Het wordt beschouwd als een reservaat van internationale betekenis voor bijna 250 vogelsoorten die er rusten, broeden en voedsel vinden. Daarnaast zijn er vele grazers, zoals edelherten, reeën, konikpaarden en heckrunderen te vinden.

Ontwikkeling en uitbreiding natuurgebied enorm

Boswachter Hans Breeveld van Staatsbosbeheer: „We willen zo veel mogelijk mensen de kans bieden de Oostvaardersplassen te bekijken.” Zijn collega Leo Smits, die ons in een busje door het gebied leidt: „De Oostvaardersplassen moet je gewoon gezien hebben. Er is al een flinke toeloop van mensen aan de Almeerse kant, met name in het Fluitbos, omdat de monniksgier daar in de buurt verblijft. Wie wil die niet voor de lenzen van zijn verrekijker krijgen?”


We hebben het geluk dat de gier op nog geen 50 meter afstand van de auto neerstrijkt. De vrouwtjesgier, Carmen geheten, met een spanwijdte van 2,5 tot 3 meter en normaal gesproken alleen te zien in Zuid- Europa en Azië, heeft net het nest verlaten, dat even verderop staat. Dat is in feite bestemd voor de visarend. Die is dus nu zijn plek kwijt en zal een ander onderkomen moeten gaan zoeken. Echt hoog van de grond komen doet Carmen niet, het is meer huppelen. De vleugels half uitslaan en dan weer verder. Het is tijdens het wandelen, zoals Smits zegt, alsof ze heen en weer waggelt. Kraaien vallen haar lastig, maar die jaagt ze met een grauw weg.
De gier, die twee jaar geleden werd vergiftigd, maar daarvan helemaal herstelde, blijft voorlopig nog wel even een attractie in de Oostvaardersplassen. Voor de vogel is het gebied een walhalla. Gek als zij is op kadavers, hoeft ze van de honger bepaald niet om te komen. In de Oostvaardersplassen lopen 640 konikpaarden, 1200 edelherten en 450 heckrunderen rond.
De zwakke en zieke dieren die zich van de kudde afscheiden om te gaan sterven, worden door jagers van Staatsbosbeheer gedood. Dat is het zogenaamde predatormodel: het jagen komt overeen met de manier waarop wolven toeslaan als deze een ziek of zwak dier pakken. De gier – maar ook visarenden, zeearenden, vossen en raven – heeft daardoor een lekker hapje dicht bij de hand en zal daarom weinig reden hebben een dergelijk fastfoodrestaurant snel te verlaten.