Foto: Jan Paulides

Grootste grote grazer van Nederland

Kleur : lange (rood)bruine vacht, robuust uiterlijk

Komt voor: Planken Wambuis, Cyriasische Veld Gelderland, Duin en Kruidberg Noord-Holland, Dintelse Gorzen Zuid-Holland, Geuldal, Mokerheide Limburg, Harderbos Overijssel, Holtingerveld Drenthe, Imbos.

Aantal: ca 800 stuks
Nadere kennismaking met de Schotse Hooglander
De Schotse Hooglander is een runderras dat, hoe kan het ook anders, oorspronkelijk uit het westen van Schotland komt. In dit natte en ruige klimaat werden deze runderen gehouden door de "Crofters", kleine keuterboertjes die naast een paar schapen vaak enkele runderen lieten grazen op marginale gronden en hei.

Het ras is zéér oud en beschikt over een aantal eigenschappen die bij andere runderrassen al lang verloren zijn gegaan. Lange horens, een lange harige vacht, vrij klein van stuk en het vlees is dooraderd met vet, iets wat door de gemiddelde consument niet meer op prijs wordt gesteld. De melkgift is gering en hierop is ook nooit doorgefokt. Kalveren worden buiten geboren, zonder enige menselijke hulp en blijven ruim een jaar bij de moeder. De dieren zijn vrijwel nooit agressief. Toch dient men een zekere voorzichtigheid in acht te nemen en ze beslist niet te gaan aaien. Ze leven als ze de mogelijkheid hebben nog in echte kuddeverbanden.

In Nederland kwam, na de grote stormen van de jaren zeventig, een ander bosbouwbeleid. Grote ééntonige productiebossen werden, zeker door grote natuurbeschermingsorganisaties, langzamerhand omgevormd naar meer natuurlijk bos met verschillende vegetatiestructuren. Door begrazing van runderen en soms ook paarden in lage dichtheden ontstaan open plekken. Door bodemverwonding en bemesting kan er plaatselijk een aantrekkelijker vegetatiecomplex ontstaan, met meer variatie en een grotere biodiversiteit.

Foto: Jan Paulides
Foto: Jan Paulides

De op de Veluwe bekende bioloog Harm van der Veen was een van de eersten die met bosbegrazing experimenteerde en in 1982 werden in de Imbosch Schotse Hooglanders ingezet voor een bosbegrazingsproef. Er werd veel wetenschappelijk onderzoek naar deze dieren gedaan, o.a. door Sip van Wieren die hierop promoveerde aan de Universiteit Wageningen.

In de loop der jaren werden in steeds meer natuurterreinen runderen, paarden, en in de Oostvaardersplassen zelfs edelherten, ingezet ten behoeve van jaarrondbegrazing. Het Geldersch Landschap heeft in verband met de veiligheid van de bezoekers in 2006 echter besloten niet langer meer de Hooglanders in te zetten, nadat een vrouw op de horens werden genomen.


Foto: Jan Paulides Dit betekent dat de dieren het hele jaar in het terrein blijven en zo min mogelijk worden bijgevoerd. Alleen in de Imbosch worden de Hooglanders beschouwd als niet gehouden dieren en zij zijn daar dan ook vrijgesteld van het dragen van oormerken.

De dieren worden op afstand gevolgd door de beheerder en hebben een relatief vrij leven. Onlangs werd duidelijk dat er toch dient te worden ingegrepen in de aantallen Hooglanders in de Imbosch en in 2002 heeft de minister éénmalig toestemming gegeven dieren te verplaatsen naar andere natuurterreinen.

In Nederland wordt op bijna 30.000 hectare natuurgebied een vorm van begrazing toegepast, naast Hooglanders ook met Heckrunderen, Konikpaarden, Galloways en ook vaak met ingeschaard jongvee als het seizoensbegrazing betreft.

Bij lage dichtheden is begrazing een uitstekend middel om meer variatie in het terrein te krijgen. Er is dan ook bijna geen concurrentie met de Edelherten. Bij hogere dichtheden nemen de problemen snel toe en edelherten kunnen worden verstoord, zeker als er met veel gekraak een kudde koeien door de dekking breekt. Als u Grote Grazers tijdens uw wandeling tegenkomt, blijf op geruime afstand en ga nooit tussen een koe en haar kalf staan. Ook niet voeren, de dieren zullen normaal gesproken rustig hun weg vervolgen.