Image

Afmeting: 1 tot 6 mm

Kleur : meestal zwart, grotere met soms een grijs lichaam

Komt voor: in de zomer op Veluwe, duingebieden, struiken in de tuin

Nadere kennismaking met de teek

De Nederlandse natuurgebieden zitten vol met deze bloedzuigers (Ixodes ricinus en zijn trawant Borelia burgdorferi). Ze kunnen na een beet de ziekte van Lyme doorgeven


De teek

De boosdoener is een kleine harde geleedpotige (spinachtige) parasiet Ixodes ricinus genaamd, ook wel bekend als schapenteek, die zich met zijn monddelen vasthecht in de huid van het gewervelde dier en dus ook van de mens om zijn bloed op te kunnen zuigen. Hoewel ieder deel van het lichaam goed genoeg is, heeft hij een voorkeur voor warme vochtige plekken: oksels, knieholten, liezen, onder je broekriemband. Bij herten treffen we ze, soms met tientallen, aan in de liezen en onderbuik. De teek heeft een sterk vermogen om warmte en uitademingslucht, zelfs van enkele meters afstand, op te merken en ligt vooral de zomermaanden in bomen en velden, waar veel lage begroeiing voorkomt en het vochtig is, te loeren op de wandelende bloedreservoirs om aan te boren.


Foto: Jan Paulides
hinden met teken op de kop en hals


De plek

De schapenteek was in Nederland altijd al algemeen voorkomend volgens de tekenkenners. Zeer waarschijnlijk neemt de omvang van de soort toe met de uitbreiding van het aantal herten en reeën in de natuurgebieden. De teek is namelijk dol op hun bloed. Soms zijn er op een hert wel honderden te vinden. Een onderzoek uit 1994 wees uit dat de meeste teken en tekenbeten in Nederland voorkomen op de Veluwe, in de Achterhoek, de Utrechtse Heuvelrug, het zuiden van Friesland, Drente en de duingebieden. Over de grens houdt de Ixodes ricinus huis in alle ons omringende landen tot aan de uiterste grenzen van het Europese continent. Maar ook in Noord-Amerika richten de varianten Ixodes parificus en Ixodes dammini veel gezondheidsschade aan.

De beet

Gedurende zijn leven van ongeveer 2 jaar ontwikkelt de schapenteek zich van larve tot nimf en tenslotte tot adult. In elk van deze drie ontwikkelingsstadia zoekt hij een gastheer om bloed uit te zuigen. De larve is dol op kleine dieren, zoals muizen, de nimf en adult bijten zich graag vast in grotere prooien zoals het hert of de mens. Vooral de nimfen (die het meest voorkomen in de periode mei tot juli) zijn gevaarlijk, omdat ze nauwelijks groter zijn dan een speldenknop en dus niet opgemerkt worden in het lichaam. Maar ze kunnen al wel van de eerste gastheer de gevreesde bacterie overnemen en weer doorgeven, die de ziekte van Lyme veroorzaakt. Het volwassen vrouwtje komt met name in de periode juli tot oktober veel voor, maar kan door haar grootte gemakkelijk ontdekt en verwijderd worden. In alle gevallen is de beet van een schapenteek niet meer dan een steekje, dat nauwelijks gevoeld wordt.

Het risico

De schapenteek is niet kieskeurig en kan zich vastbijten in mensen van alle leeftijden. Maar natuurlijk lopen vooral diegenen, die zich veel in de risicogebieden bevinden een grotere kans gebeten te worden door een teek en een infectie op te lopen. Dat zijn in Nederland de jachtopzieners, boswachters, ecologen, terreinbeheerders, vogel- en wildliefhebbers en diegenen, die hun vakantie doorbrengen in de vrije natuur. In Frankrijk wordt de ziekte van Lyme zelfs aangemerkt als beroepsziekte van bosarbeiders. Hoeveel mensen er jaarlijks in Nederland gebeten worden, is moeilijk te schatten, omdat velen zich er niet van bewust zijn en ook geen gevolgen van ondervinden. Maar om een indicatie te geven: in 1994 meldden zich 33.000 mensen met een tekenbeet bij de huisarts. Het risico van een beet kan aanmerkelijk beperkt worden door in de natuur zoveel mogelijk op de gebaande paden te blijven en de blote huid te bedekken met goedsluitende kleding (hemdsmouwen dichtknopen, broekspijpen in de sokken en dergelijke). Een afweermiddel bestaat (nog) niet. Muggenolie heeft geen enkel effect.

De tekentang

Wie toch gestoken wordt, hoeft niet te wanhopen.De teek zal de eerste 24 uur nog geen speeksel inspuiten in het lichaam van de gastheer en dus geen infectie veroorzaken. Deskundigen raden daarom iedereen, die regelmatig in een natuurgebied verblijft aan om regelmatig het lichaam te controleren op nimfen en volwassen teken. En om een speciale tang (te koop bij de apotheek) bij de hand te hebben. Want de teek moet zo snel mogelijk, doch secuur verwijderd worden om te voorkomen, dat hij van schrik alsnog even gauw besmet speeksel in de huid spuit. Dus niet bewerken met een brandende sigaret, alcohol, olie, nagellak of andere middelen; die sorteren het averechtse effect. Wel de huid tussen de vingers nemen, de teek met het pincet bij de kop pakken en met een draaiende beweging voorzichtig van de huid trekken. Het bijtwondje desinfecteren met alcohol of jodium en de tekentang uitkoken voor de volgende keer.

De bacterie

De werkelijke boosdoener is niet de teek zelf, maar de bacterie, die hij via zijn speeksel en darminhoud overbrengt van de ene op de volgende gastheer. Het betreft hier een dun spiraalvormig en beweeglijk organisme, dat in 1982 voor het eerst werd gekweekt en beschreven door W. Burgdorfer en sindsdien bekend staat als Borrelia Borgdorferi. In Nederland zijn naar schatting een op de vier volwassen schapenteken besmet met deze bacterie. Van de Borrelia Borgdorferi bestaan verschillende varianten, die in verschillende gebieden voorkomen en ook verschillende symptomen veroorzaken. Zo is de Amerikaanse variant anders dan de Europese.

De infectie

De besmetting hoeft niet vanzelfsprekend te leiden tot de ziekte van Lyme. In veel gevallen weet het lichaam zelf de boosaardige indringer onschadelijk te maken en zal het slachtoffer zelfs nooit weten, dat het gebeten en geïnfecteerd is geweest. Helaas bieden die antistoffen geen langdurige of levenslange bescherming; iedere beet vormt een nieuw risico. De eerste signalen, dat er wel degelijk iets mis is, verschijnen pas na een tot drie weken (en in slechts de helft van de ziektegevallen) in de vorm van een rode ringvormige huiduitslag rond de steekplek. Voor de meeste mensen is dit de reden voor een bezoek aan de dokter, die de uitslag lang niet altijd herkent als het eerste stadium van de ziekte van Lyme.

De kwaal

De ziekte van Lyme is vernoemd naar het kleine Amerikaanse plaatsje Lyme in Connecticut, waar in 1975 plotseling een groot aantal kinderen en volwassenen last kreeg van artritisachtige verschijnselen. Men kwam erachter, dat zij allen door een teek waren gebeten. Gewrichtsonsteking is overigens maar een van de symptomen, waarmee de ziekte van Lyme zich kenbaar maakt en het komt in Europa minder voor dan in Noord-Amerika. De kwaal doorloopt verschillende stadia. Het kan bij een oppervlakkige huidinfectie blijven, die met antibiotica goed te behandelen is, maar het kan ook veel erger worden. Dat kan wanneer Borrelia Borgdorferi de bloedbaan (soms na weken of maanden) binnendringt en aanvallen lanceert op het zenuwstelsel, de gewrichten en het hart. Gevolgen kunnen zijn: hersenvliesontsteking, ontsteking van de hersenzenuw of ruggenmergzenuw, met als mogelijke symptomen: hevige koorts, hoofdpijn, dubbelzien, aangezichtsverlamming. Gewrichtsaandoeningen komen zoals gezegd minder voor in Europa dan in Noord-Amerika en kunnen in duur variëren van minder dan een dag tot enkele maanden. Ze manifesteren zich meestal enkele maanden na besmetting, maar kunnen ook nog na een jaar ontstaan. Ze gaan gepaard met heftige pijn in armen, benen of romp en gezwollen pijnlijke gewrichten. Hartaandoeningen zijn zeldzaam. Meest voorkomend is een stoornis in het geleidingssysteem tussen de boezems en de kamers van het hart. Daardoor kan een trage hartslag ontstaan met symptomen als duizeligheid en benauwdheid. Zonder behandeling kan de ziekte chronisch worden en in de ernstigste gevallen zelfs tot de dood leiden.

De remedie

Omdat het een bacterie betreft, is de ziekte van Lyme goed te behandelen met antibiotica. Als men er op tijd bij is, hoeven er geen complicaties te ontstaan. Maar juist omdat de symptomen zo gevarieerd zijn en vaak doen denken aan andere kwalen, wordt de ziekte niet altijd onmiddellijk onderkend en behandeld, tenzij de patiënt natuurlijk zelf aangeeft door een teek gebeten te zijn. In Nederland is inmiddels voldoende medische expertise opgebouwd om de ziekte adequaat te kunnen bestrijden. Men weet dat onderzoek naar antistoffen in het bloed lang niet alles zegt over het stadium en verloop van de ziekte. Men weet ook, dat het geen zin heeft om al in een heel vroeg stadium (dus als de teek net op de huid is gevonden) antibiotica voor te schrijven, omdat de kans om daadwerkelijk geïnfecteerd te zijn niet groter is dan 14%. Even afwachten dus wat er gebeurt, maar als de eerste symptomen zich aandienen, wel snel reageren.

Het vaccin

In de Verenigde Staten wordt binnenkort het eerste vaccin, dat bescherming biedt tegen de ziekte van Lyme op de markt toegelaten. Het is nog niet getest op kinderen, dus mag het alleen worden verstrekt aan mensen tussen de 15 en 70 jaar. Het moet verder worden onderzocht op de (negatieve) effecten, die het kan hebben op mensen, die de ziekte van Lyme al onder de leden hebben. Het goede nieuws, dat er een vaccin op de markt komt, is voor Europa van geen belang. Het Amerikaanse vaccin beschermt tegen de Amerikaanse bacterievariant en niet tegen die in Europa. Daardoor is het wachten op de Duitsers, die druk doende zijn om vaccins te ontwikkelen tegen de Europese bacteriestammen, die de ziekte van Lyme veroorzaken, Volgens deskundigen kan dat nog jaren duren.
José van der Sman

Image

interessante links:

Ned.vereniging voor Lymepatienten

Site over Lyme TIP
Engelstalige site over Lyme