De provincie Drenthe is klaar voor de komst van edelherten, damherten en wilde zwijnen.

Onder andere in het Drents-Friese Wold, op het Dwingelderveld en in het Mantingerveld is voldoende ruimte voor de grote hoefdieren. Dat stelt Natuurmonumenten in een reactie op uitlatingen van de Drentse gedeputeerde Rein Munniksma, die vrijdag zei dat 'zijn' provincie mondjesmaat grofwild wil gaan toelaten. Enkele maanden geleden liet de provincie juist nog weten een ''absolute nulstand'' te willen handhaven en daarom herten en zwijnen te zullen afschieten.

Natuurmonumenten is volgens een woordvoerster ''ontzettend blij'' dat de verantwoordelijk bestuurder zich heeft laten overtuigen dat de komst van grofwild niet tegen te houden valt. Met name landbouworganisaties zijn zeer tegen de komst van grote hoefdieren in provincies waar ze nu niet meer voorkomen. Zij vrezen veel schade aan gewassen.

Behalve Drenthe hanteert bijvoorbeeld Utrecht ook een absolute nulstand. Munniksma erkent om die reden dat er ''goede gesprekken'' met bewoners en boeren gevoerd moet worden Maar hij denkt ook dat het wild alleen geweerd kan worden ''met draconische maatregelen. Dan doe je er beter aan om onder ogen te zien dat een aantal grote grazers hier toch weer terugkomt''.

Edelherten rukken vooral vanaf de Veluwe steeds verder noordelijk op. Uit de bosrijke Duitse grensstreek komen steeds meer wilde zwijnen naar Nederland. Drenthe zou in de komende twee jaar beleid voor de herintroductie van het grofwild willen vaststellen. Het moet volgens de gedeputeerde ''netjes en beheerst'' gebeuren met afschotvergunningen en maatregelen voor wildbeheer. Munniksma denkt dat groot wild in Drenthe ''een stukje romantiek'' oplevert.