Verenigingsnieuws

Beveiligen raster rond schapenweide Ginkel; maart 2007



Volgens de planning zouden we weer aan de slag gaan in de boswachterij Uchelen-Hoenderloo, doch door ziekte bij de toezichthouders van SBB werd dat een week geleden afgelast. Gelukkig had Henk R. net een goed alternatief bij de hand. Bij de gemeente Ede, die ruim 2100 ha natuurgebied beheerd, wordt de schapenweide nabij de schaapkooi op de Ginkelse heide veelvuldig bezocht door roodwild. Deze weide wordt gelet op zijn vorm De halve Maan genoemd. Zover ons bekend is zijn er recent geen herten of reeën in het raster blijven hangen, maar voorkomen is beter dan wachten op een slachtoffer.



Rond 9.00 uur druppelde de rasterachtige binnen bij de gemeentelijk houtwerf. We konden dit keer een aantal oud gediende weer verwelkomen. Dat leverde veel gesprekstof op. Dus pas na drie kwartier trokken we, na een goede bak koffie met koek, met ±20 personen het veld in. Het weer was redelijk en het raster was goed vrij van struiken, bomen etc. Hierdoor verliep het werk snel. Volgens ons sneller dan de terreinbeheerder had gedacht, want tegen half één was de 600 meter aan gaas op. Jammer, want een 200 meter van De Halve Maan moet het nog zonder manchet stellen. Tijdens de werkzaamheden moest dit keer, bij uitzondering, gebruik gemaakt worden van de EHBO-koffer. De verwonding viel reuze mee, dus dat was snel gepiept.



Daar we in een redelijke recreatieve hoek bezig waren kregen we van diverse passanten vragen over onze werkzaamheden. Zodoende hebben we weer veel informatie verstrekt en daarmee ook reclame kunnen maken voor onze vereniging.
Roodwild hebben we dit keer niet gezien. Wel een ander wildsoort. Op een van de bijgevoegde foto's zie je dat wild wat onbezorgd de drukke provinciale weg oversteken. Doch dit soort, van de familie rasterachtigen , schijnt wel uit te kijken als ze oversteken. Daar aan de overkant wachtte een goede erwtensoep, die ons als afsluiting van een gezellige en nuttig rasterdag werd aangeboden door de terreinbeheerder.













Foto's: Helene Lagendijk en Piet Bloemerts