Afschot is geen effectief instrument voor het verminderen van schade veroorzaakt door herten aan beheerde bossen in Europa, volgens een recente evaluatie. Bossen zullen beter worden beschermd door middel van ecologische beheer van de natuurlijke processen, zegt de studie, die de effecten van verschillende controlemechanismen beoordeeld op hertenpopulaties en gedrag, met inbegrip van de invloed van roofdieren, zoals wolven, en bosstructuren.

In het wild levende herten zijn als gevolg van steeds milde winters, de veranderingen in de bosbouw, afschotmethodes en het agrarische landschap door de jaren heen sterk in aantal toegenomen . Het fourageren door de herten vermindert de regeneratie in beheerde bossen, waardoor zowel economische als ecologische schade ontstaat. Afschot, de belangrijkste methode die wordt gebruikt om de aantallen te reduceren, kan effectief  zijn op lokaal niveau of zelfs op een grotere schaal als het goed gecoördineerd wordt, maar er is beperkt bewijs uit bestaande studies dat het werkt op grote schaal. De hertenpopulaties nemen ondanks het verhoogde afschot in heel Europa sterk toe.

De studie, ondersteund door de EU BIORESC 1 en INTACT 2 projecten, voert een gedetailleerde beoordeling van de beschikbare gegevens over reeën en edelherten in gematigde bossen. Grote natuurlijke predatoren, zoals wolven en lynxen, zijn mogelijk van invloed op het gedrag van herten, maar deze zijn uitgeroeid van de meeste van Europa. Er is veel discussie rond het idee van de herinvoering van deze dieren naar delen van Europa te helpen historische ecosystemen weer op te bouwen.

Grote carnivoren zijn van invloed op de bosverjonging, niet alleen door predatie, maar ook door het creëren van een 'landschap van angst', die het hertengedrag, habitat keuze en verspreiding beïnvloedt. Terwijl mensen afschot plegen, zullen ze slechts voor een deel de angst voor carnivoren vervangen en een ander effecten hebben. Bijvoorbeeld, wolven hebben een groot leefgebied, (200 km2 gemiddeld in Polen, bijvoorbeeld), en jagen het hele jaar door. Mensen, anderzijds, doen het afschot in geïsoleerde gebieden in het weekend (buiten Nederland) en slechts in een deel van het jaar. Het gevoel van angst bij het hert is dan ook minder en ze leren om bepaalde plaatsen of tijden te vermijden. Er zijn echter aanwijzingen uit Polen, waar de wolven aanwezig zijn, die suggereren, dat de effecten van natuurlijke vijanden op hertengrootte van de populatie relatief klein zijn in vergelijking met andere milieu-factoren, zoals klimaat, dat de groei van planten en voedsel overvloed beïnvloedt. Terwijl bosbeheerders de effecten van roofdier niet mag negeren, moeten ze in plaats daarvan kijken naar de vegetatie en de structuur van de bossen, vooral in de afwezigheid van roofdieren.

De studie stelt dat de aard van de moderne bosbouw zelf de schadelijke effecten van herten stimuleert. Natuurlijke gematigde bossen hebben een scala van loofbomen en andere plantensoorten, van verschillende leeftijden en gaten in het bladerdak zijn klein en alleen daar waar er een boom is weggevallen. Moderne commerciële bossen zijn over het algemeen naald monoculturen, zelfs leeftijd, met een grote kaalslag waar delen van bossen zijn geoogst. De voorkeur van herten is dan om juist op de kaalslag te foerageren, omdat het licht het mogelijk maakt de vegetatie te laten groeien. Kaalslagen in beheerde bossen moedigen dus aan om juist daar in grotere aantallen en intensiever te foerageren. Deze geconcentreerde schade kan worden verminderd door een groot aantal kleine openingen in plaats van een enkele grote kaalslagen te creëren. Indien beschikbaar hebben de herten ook de voorkeur aan het eten van loofbomen. De studies suggereren wellicht meer tolerantie voor het foerageergedrag en het herstel na vraat bij loofbomen dan naaldbomen. Het aanplanten van alleen economisch aantrekkelijk naaldbomen zal een bos meer kans op schade door herten berokkenen.

Het is nog onduidelijk is of meer natuurlijke gemengde bossen economisch aantrekkelijker zouden kunnen zijn dan monoculturen. Het ecologische bosbeheer minimaliseert effectief schade veroorzaakt door herten, zegt de studie, met name door middel van natuurlijke controlemechanismen die herten te verminderen. Eerder onderzoek in Denemarken heeft aangetoond dat de bossen met een ecologisch beheer minder van de gevolgen van de herten te lijden hebben, zelfs als hertenaantallen hoog zijn. Deze aanbevelingen zijn ook relevant voor de controle van de andere hoefdieren soorten, zoals wilde zwijnen.

  1. BIORESC (Overdracht van Kennis in Biodiversity Research and Conservation) werd ondersteund door de Europese Commissie onder het zesde kaderprogramma.
  2. INTACT (interacties van abiotiek en carnivoren vorm herbivoor Top-down effecten) wordt ondersteund door de Europese Commissie onder het zevende kaderprogramma.

Bron: Kuijper, DPJ (2011) Gebrek aan natuurlijke controlemechanismen verhoogt het wild levende dieren-bosbouw conflict in geslaagd gematigde Europese bossen systemen European Journal of Forest Research.. 130:895-909.