Vereniging het Edelhert viert 3 juni 2022 haar 75-jarig jubileum met een congres op het landgoed Mariënwaerdt te Beesd.
Aanmelden: info@hetedelhert.nl
Het centrale thema:
"Hart voor het hert, met beleid de toekomst in!"
Het gaat goed met het edelhert en het damhert. We kunnen terugkijken op 75 jaar groei en in stand houden van zeer gezonde populaties! Uitdagingen en bedreigingen in de toekomst zijn er ook: afname van biodiversiteit, versnippering en verkleining van leefgebieden, overpopulatie, migratie naar leefgebieden waar het niet zeker is of het hert welkom is, vraatschade, gevaren voor de verkeersveiligheid. Maar herten leveren ook een belangrijke bijdrage aan de natuurbeleving voor veel mensen, stimuleren het toerisme en zorgen voor een heerlijk stukje biologisch vlees op tafel.
De toekomst van het hert en het beleid wordt door vijf expert-sprekers besproken vanuit verschillende invalshoeken besproken:
Reactie op ontwerpplan ‘Recreatiezonering op de Veluwe’
21 maart 2022
Geachte dames, mijne heren,
Allereerst dank voor de gelegenheid tot inspraak op dit zoneringsplan. Uiteraard juichen wij als belangenvereniging van de inheemse wilde hoefdieren, in het bijzonder de edelherten en damherten, het toe dat bij zonering van recreatiedruk ook de belangen van de natuur meegewogen worden.
Wij hebben het plan en de bijbehorende kaart goed bestudeerd en willen graag een aantal opmerkingen/vragen plaatsen:
1. T.a.v. de zonering(skaart):
a. zones D/D*: volgens het ontwerpplan is in de zones D* geen recreatief gebruik mogelijk. Het grootste deel van deze gebieden is van oudsher niet opengesteld: defensieterreinen, wildrustgebieden en particuliere eigendommen. Wij constateren dat deze gebieden onjuist of in ieder geval incompleet op de kaart zijn weergegeven.
Toelichting: Zo staat bijvoorbeeld het grote rustgebied van de Planken Wambuis (Zuidwest-Veluwe) wel als D* op de kaart, maar geen enkel rustgebied van Natuurmonumenten op Deelerwoud of Nationaal Park Veluwezoom. Het rustgebied van De Nieuwe Aanleg (niet toegankelijk) staat als zone C*, het rustgebied van de Beerenberg (RIN-akker) als zone C, de Zandverstuiving ook als C en de rustgebieden op Deelerwoud Natuurmonumenten tegen vliegveld Terlet aan zijn ook niet als D* aangemerkt. Meest opvallend is wel dat een jaarrond voor publiek afgesloten, zeer omvangrijk en belangrijk rustgebied als de Rhederheide, minstens als D*-zone op e kaart had moeten staan, vergelijkbaar met b.v. het rustgebied op Planken Wambuis (wel als D* zone op de kaart). Zeker omdat in paragraaf 8.6 (p.40) over Veluwezoom/Posbank staat dat: ‘...weerspiegelt de zoneringskaart grotendeels de bestaande indeling van het gebied’. Volgens ons weerspiegelt de zoneringskaart dit nu juist NIET1. Voorgaande roept de vraag op of de beschrijving van de D* en andere zones leidinggevend geweest is in de zonering of de interpretatie van de verschillende beheerders/grondeigenaren van deelgebieden? Ook het ontbreken van de rustgebieden op de Hoge Veluwe (park) als D*-zone is direct opvallend.
b. zones A en B: deze zones ondersteunen de belangrijke ecologische rol van de Ecologische Poorten van de Veluwe nu niet.
Toelichting: op p.14 van het ontwerpplan wordt gesteld dat de poorten van de Veluwe vallen in de zone voor intensief recreatief gebruik, zone A. Wie op de kaart kijkt, ziet overigens al gauw dat de poortgebieden overwegend zone A en zone B toegekend gekregen hebben. Enerzijds is de redenering in het ontwerpplan logisch dat hier veel recreatiedruk is en de behoefte aan recreatiemogelijkheden daar ook groot is, maar de poorten van de Veluwe hebben ook een hele duidelijke ECOLOGISCHE rol. Sterker: het ‘onthekken’ van de Veluwe en het vergroten van het Centraal Veluws Natuurgebied (CVN) heeft met name in die poortgebieden plaatsgevonden. Die poortgebieden hebben een duidelijke ecologische functie doordat ze de natuurlijke gradiënt van hoog en droog naar laag en nat versterken voor de natuur en in een aantal poortgebieden is ook de mogelijkheid geschapen voor de edel- en damherten om het betreffende poortgebied te gaan gebruiken als voedsel- , leef- en/of doortrekgebied (verbindende functie). Dat betekent dat poortgebieden ook een duidelijke ecologische functie hebben en dat zou – wellicht niet direct in de zoneringsduiding – maar wel in de maatregelen tot uitdrukking moeten komen (b.v. rustige stukken in de poortgebieden, opheffen verkeersknelpunten).
c. de zone D met tijdelijke afsluiting: deze zone is alleen kansrijk als de handhavingsintensiteit daarop passend gemaakt kan worden; anders is het op papier een (tijdelijk) rustgebied, maar in de praktijk zal het niet als zodanig werken (en daarmee is het mogelijk ook in strijd met de N2000- doelen).
Toelichting: de gedachte achter tijdelijke afsluiting is prima, maar mensen (recreanten) zijn gewoontedieren: als ze eenmaal gewend zijn dat een pad/gebied opengesteld is, dan vinden ze dat dat ook altijd zo moet zijn. Een tijdelijke afsluiting leidt altijd tot een percentage mensen dat het daar ‘niet mee eens is’ en het gebied toch betreedt, willens enwetens. Dus toch verstoring. Een tijdelijk bordje dat op de afsluiting wijst, helpt dan echt niet. Dit vraagt daarom ook veel van – het toch al onder druk staande capaciteit aan – handhaving en toezicht.
1 Bovendien is de gebruikte foto onderaan pagina 40 niet correct (is zeker geen foto nabij de Posbank, maar is een opname aan de rand van de Veluwe bij Twickel of Hof te Dieren), maar dat terzijde.
T.a.v. de ecologische onderbouwing: die is nu sterk op vogelsoorten gericht. Op zich prima, en logisch vanuit de Vogelrichtlijnsoorten die het betreft, maar ze vormen ‘slechts’ een deel van de Veluwe-fauna.
Toelichting: Ook marterachtigen en de wilde hoefdieren zijn belangrijke componenten van Veluwe, en voor veel recreanten ook DE reden om naar de Veluwe te komen. Is nu voldoende rekening met deze zoogdieren en hun wensen/eisen gehouden? De opmerkingen die o.a. bij punt 1a t.a.v. de zones D/D* gemaakt zijn, geven de indruk dat dat niet het geval is. Bovendien zien we bij zowel de vogels als de zoogdieren dat er steeds meer mineralenproblemen op de Veluwe optreden, zeker in het centrale deel. Dat uit zich o.a. in een verplaatsing van deze dieren (aantallen, territoria) naar de randen, dus naar wat nu de zones A en B vaak zijn op de kaart. Het zou goed zijn om met dit natuurlijke, maar door mensengedrag (stikstofbelasting) veroorzaakte, proces rekening te houden in de zonering danwel de maatregelen (zie ook de opmerking bij 1b).
T.a.v. het edel- en damhert specifiek:
in bijlage 2 zien we het edelhert alleen terug als een specifiek aan zone D*- gekoppelde soort, terwijl het edelhert gebruik maakt van de gehele Veluwe. Het damhert wordt in zijn geheel niet genoemd.
Toelichting: het edelhert komt momenteel in alle zones voor (zie ook de opmerkingen onder 1b), mits ter plaatse aan een aantal voorwaarden voldaan kan worden. De soort damhert wordt in het gehele ontwerpplan niet genoemd, terwijl dit ook een belangrijke inheemse beschermde diersoort is die in wisselende dichtheden op de Veluwe voorkomt.
Ook willen we wijzen op juist het recreatieve belang van de wilde hoefdieren, w.o. het edel- en damhert, op de Veluwe. Deze soorten vormen een belangrijk deel van de ‘recreatieve kwaliteit’ van de Veluwe. Jammer en ook een gemis dat dit niet in dit plan onderkend en uitgedragen wordt.
Toelichting: onze atlas van wildobservatieplaatsen (WOP’s) vindt al jaren gretig aftrek bij de recreanten. Het zou mooi zijn als via de maatregelen die gekoppeld zijn aan de recreatiezonering ook de kansrijke plekken voor wildobservatie gestimuleerd kunnen worden, b.v. door het revitaliseren van de ‘oude’ (vaak verwaarloosde) wildakkers- en wildweiden (daar profiteren meteen een groot aantal andere diersoorten van) en/of de nieuwplaatsing van dergelijke voorzieningen (0,25 tot 0,5 ha is vaak al voldoende per locatie). Hierdoor kan een geweldige impuls aan de recreatieve beleving, recreatieve sturing en de biodiversiteit (aangehaalde mineralenproblematiek) geleverd worden. Dit zou kunnen door beschikbaar stellen van inrichtings- en onderhoudsvergoedingen voor dergelijke wildakkers- en weiden en eventueel daarbij passende observatievoorzieningen.
Kortom: wij vinden als Vereniging het Edelhert het ontwerpplan in de basis prima, maar:
De zonering lijkt enerzijds niet overeen te komen met de werkelijkheid en de terreinen zoals wij die sinds jaar en dag kennen; Grote, belangrijke gebieden die in de praktijk nu zone D* zijn (en blijven) zijn niet als zodanig op de kaart terug te vinden. Dat roept vragen op.
Er wordt te weinig (tot geen) aandacht besteed aan de grote hoefdieren (en andere zoogdieren) als onderdeel van dit plan (ook al is vanuit de Natura2000- doelstelling de aandacht primair gericht op de 7 Vogelrichtlijnsoorten);
Er kan bij de maatregelen meer aandacht aan geschiktheidsmaatregelen voor de hoefdieren geschonken worden (b.v. voldoende grote en rustige blokken situeren in de zones A en B om aan de oorspronkelijke doelstelling van de Ecologische Poortgebieden gehoor te geven) en aan zichtbaarheids- c.q. belevingsmaatregelen (te denken valt dan aan wildweiden en -akkers, observatievoorzieningen).
In afwachting van uw reactie en aanpassingen van het plan en de kaart n.a.v. bovenstaande verblijven wij, met vriendelijke groet,
Ir P.B. (Bas) Worm,
Vice-voorzitter Vereniging het Edelhert,
Namens het bestuur van Vereniging het Edelhert, statutair gevestigd te Apeldoorn sinds 1946.
Regelmatig zien we in nieuwsberichten de bewering terugkomen dat herten in goede conditie en met voldoende voedsel twee kalveren zouden krijgen en dat daarmee aanwas zou verdubbelen en de stand zou oplopen. We zoeken het even uit.
Das Rotwild van Ferdinand von Raesfeld kan worden betiteld als een standaardwerk en daarmee naslagwerk op het gebied van edelherten. Als we Das Rotwild erbij pakken staat daar op blz.278: 'Zwillinge sind beim Rotwild sehr selten'. Vertaald: Tweelingen zijn bij roodwild zeer zeldzaam. De volgende vraag wordt dan: wat is zeer zeldzaam. Hoevaak komt het voor dat een hinde een tweeling (twee kalveren in één worp) krijgt.
Op de onlangs gehouden VhE jaarvergadering van 5 maart waren natuurlijk veel hertenexperts aanwezig waaronder oude rotten uit het boswachtersvak waar we deze vraag aan stellen. Eenduidig zijn deze edelhertenkenners, met per persoon meer dan 40 jaar praktijkervaring, in hun antwoord: zij hebben het maar een of twee keer waargenomen dat een hinde twee kalveren kreeg.
Komt een hinde om b.v. in het verkeer dan wordt het verweesde kalf in de eerste vijf maanden zelfs niet door een andere hinde opgenomen, sterker nog het kalf wordt uit het roedel gedrukt.
Twee voorbeelden: Voormalig beheerder Ton Heekelaar van Veluwe Zuid-Oost heeft het in zijn veertig jarige carrière slechts één keer gezien. Voormalig beheerder Johan Wensink die eerst bij het Staatswildreservaat werkte en daarna op de Hoge Veluwe heeft in die periode van veertig jaar het twee keer waargenomen. In het Staatswildreservaat heeft hij het bij één hinde gezien. Later bij de Hoge Veluwe constateerde hij dat er één hinde was die meer dan eens een tweeling zette. Daarmee lijkt het een genetisch verschijnsel te zijn.
Lees meer: Krijgt een edelhert hinde in goede conditie twee kalveren?
Arjan Postma staat bekend als een gerespecteerd boswachter die menig talkshowtafel van commentaar voorziet op het gebied van natuur. Dat Postma in zijn opleiding bij de lessen over herten heeft zitten slapen zal u bij het volgende filmpje duidelijk worden.
Ga hier naar de website Human met filmpje over vraag en antwoord Arjan Postma.
Voor Human beantwoordt Arjan Postma vragen over de natuur in de rubriek durf te vragen.
Over zijn antwoorden op een vraag over de jacht (populatiebeheer), heeft de spreker helaas niet alle feiten op orde. Jammer, want: misverstanden voorkomen is makkelijker dan achteraf repareren.
Bij grote hoefdieren praat je niet over jacht maar over populatiebeheer.
Postma heeft het allereerst over afschot van 18.000 dieren op de Hoge Veluwe. De Hoge Veluwe is echter een Nationaal Park gelegen tussen Hoenderloo, Otterlo en Arnhem en daarmee slechts een deel (5.400 ha) van de Veluwe (ca 100.000 ha). Postma zal wel de gehele Veluwe bedoelen. Het door elkaar halen van deze twee namen is o.i. tekenend voor mensen die niet goed bekend zijn op en met de Veluwe.
Het lijkt vervolgens dat Postma spreekt over het afschot van herten, maar hij zal het - gezien het genoemde aantal van 18.000 - vermoedelijk hebben over edelherten EN damherten EN wilde zwijnen EN reeën. En zelfs dan komen wij nog niet op 18.000 afgeschoten dieren, maar op ruim 11.000, en dan tellen we alle reeën in de hele provincie Gelderland mee (dus ook de Achterhoek en de Betuwe). Qua edelherten was het afschot in het seizoen 2020/2021: 1740 stuks, de toewijzing was 2400, maar dat is niet gehaald (75%). Daar komt bij: afschot Kroondomein 275, damherten 511, wild zwijn 5657, ree 3300 over heel de Provincie. De Provincie Gelderland is nog weer vele malen groter dan de Veluwe. En dan komen we zoals al gezegd nog steeds niet aan het aantal dat de heer Postma noemt.
Het is februari, bij de mannelijke edelherten de tijd dat het oude gewei wordt afgeworpen. Een jaarlijks terugkerende gebeurtenis waarbij het volgroeide en geveegde gewei plaats moet maken voor een nieuw gewei. In veld en bos zullen de geweien vallen.
Foto Ronald Risseeuw
Op het hoofd is de eerste dagen een bloederig beeld te zien.
Foto's: Patrick van Asselt
Hier groeit heel snel bast overheen waardoor het gewei in enkele maanden kan uitgroeien tot een compleet gewei.
De oudere, volwassen herten werpen het eerst af, in de maanden februari en maart, later volgen de jongere herten die van eind maart tot zelfs begin mei hun stangen verliezen. Het is dan ook niet vreemd dat je in deze periode hertenroedels tegenkomt bestaande uit herten met diverse stadia van geweiopbouw. De oudere herten waarbij het nieuwe bastgewei alweer aan het groeien is, herten met alleen wat basthuid over de rozenstok of de kolf (aanvang nieuw bastgewei) en jonge herten nog met hun oude gewei. In deze periode kan de hiërarchie in het roedel duidelijk wijzigen.
Foto Ronald Risseeuw
Maar hoe raken de herten dit gewei nu kwijt? Het zit toch muurvast aan de schedel en hebben over het algemeen toch een behoorlijk gewicht? Om maar niet te spreken welke krachten er tijdens de bronstgevechten op worden losgelaten?
Het extra dikke jubileumnummer heeft ondermeer de volgende onderwerpen:
![]() |
|
De organisatie van de Faunadag op landgoed Middachten heeft besloten dat vanwege de pandemie dit evenement helaas ook dit jaar niet kan doorgaan. Deze dag stond eind maart gepland. De Faunadag heeft een educatieve insteek voor het publiek en geeft faunabeheerders de kans elkaar te ontmoeten en te netwerken.
Het zijn onzekere tijden om activiteiten te organiseren. De beslissing is mede gebaseerd op de onzekerheid van de overheidsmaatregelen voor de nabije toekomst. De voorbereidingen voor dit evenement vergen veel tijd en organisatie vandaar dat nu de beslissing is genomen om het, spijtig genoeg, voor het derde jaar op rij te annuleren.
Tijdens de Faunadag presenteren verschillende natuur- en faunabeheerverenigingen zich. Faunabeheerders vertellen uit eigen ervaring over het wildbeheer op de Veluwe en laten vele soorten geweien en opgezette dieren zien. Er zijn roofvogeldemonstraties, rondleidingen door het kasteel, proeverijtjes, workshops en dat alles onder klanken van jachthoorns. Voor kinderen wordt er ook nog een speurtocht uitgezet. De experts willen graag dat bezoekers met nieuwe kennis en inzichten naar huis gaan.
In ons onlangs uitgekomen jubileumnummer komt in veel artikelen de achteruitgang van de biodiversiteit op de Veluwe direct of indirect aan de orde. Een belangrijke oorzaak die vaak wordt genoemd is overbegrazing door de hoge dichtheid aan grote grazers. Ook onze edelherten en damherten horen in dat rijtje van grazers thuis!
De positieve kant van het verhaal is dat sinds 1946 het heel goed gaat met de aantallen edelherten en damherten in Nederland, vooral de dammen komen op dit moment in alle provincies voor. Het is zelfs zo dat er in een paar provincies al tijden populaties damherten lopen terwijl het vigerende Faunabeheerplan van diezelfde provincie er niets over vermeldt. In het Limburgse FBE plan wordt b.v. alleen gesproken over ‘loslopende en verwilderde damherten’ terwijl het aantal waarnemingen dat verzameld is door de Zoogdiervereniging een heel andere realiteit laten zien.
De doelstand in het voorjaar 2021 van de edelherten op de Veluwe is volgens de Faunabeheereenheid (FBE) ongeveer 1600 dieren. De werkelijkheid geeft een totaal ander getal, ongeveer 3300 dieren, dik het dubbele van wat er planmatig mag lopen. (Jaarrapportage VWV 2021). Dan hebben we het nog niet over de grote hoeveelheid damherten op de zuidVeluwe en het onbekende aantal landbouw grazers zoals runderen, pony’s en schapen wat links en rechts op de Veluwe meegraast!
Stipt 16:00 uur waren alle deelnemers aan deze bronstexcursie van VhE aanwezig op de parkeerplaats van de Plantage Willem III in Elst (Utr.). Het is 23 oktober, we krijgen eerst een korte uitleg over de damhertbronst en de prachtige natuur van deze oude tabaksplantage. Onder leiding van Frederieke Linthorst van VhE en Joost Rink van het Utrechts Landschap werd een route gelopen in het bos en heidegebied waar Joost als bioloog een zeer interessante uitleg gaf over zaken die het gebied zo uniek maken. Liggend aan het einde van de Utrechtse Heuvelrug, gevormd door de ijstijd wees hij ons op de nu nog zichtbare sneeuwsmeltwaterdalen, prehistorische grafheuvels, bijzondere heidevegetatie en bosontwikkeling.
Een schaapherder met zijn schapen zorgt geregeld voor begrazing waar dit extra nodig is.
In de Amsterdamse Waterleidingduinen is de damhertenbronst in volle gang. Als de edelherten zo'n beetje klaar zijn met de bronst, half oktober, dan begint de bronst bij de damherten. Wat bij de edelherten burlen heet wordt bij de damherten knørren genoemd. Op het filmpje van Agnes van den Berg is goed te zien hoe het klinkt en hoe het eruit ziet.
Op dit moment is de damhertenbronst nog bezig! Naast de AWD ook in andere gebieden van Nederland zoals Deelerwoud, de Haringvreter, rond Oranjewoud en Schouwen Duiveland.
Beste vrienden, vriendinnen, collega’s, familie, kennissen,
Op vrijdagmiddag 9 juli heb ik het eerste exemplaar van het langverwachtte kinderboek ‘De avonturen van Frederik het edelhert’ mogen aanbieden aan Zijne Hoogheid Prins Floris van Oranje-Nassau, Van Vollenhoven, erelid van onze vereniging.
In aanwezigheid van een select gezelschap.
Op een frisse ochtend afgelopen week zag Aalt Westerbroek dit kaalwildroedel voorbij komen op het Kroondomein. Wat een sfeertje! De dames zijn in deze tijd van het jaar nog steeds samen. Het zal niet lang meer duren voordat de heren zich bij ermee gaan bemoeien en de dames gaan verzamelen voor hun bronstroedels. Het is nu de tijd om te luisteren of we al een eerst voorzichtige burl horen. Luister maar goed naar het filmpje..
Hertenliefhebbers gaan dan meestal meteen tellen hoeveel het er zijn.
Dit boek bestellen: klik hier.
Tekenkaart bestellen: klik hier.
Bestellen: zie hier.
Download hier.
Burlen:
Burlen in nacht
Twee herten
Sprengruf
Jachthoorn:
Notruf
Das hohe Wecken
Signaal Hert dood
Signaal Zwijn dood
Aanblazen van de drift
Kletterende geweien
Heb je ook mooie beltonen? Zend ze ons.