Het Bureau van de Zoogdiervereniging voert in opdracht van de Nederlandse Voedsel en Warenautoriteit (NVWA) een onderzoek uit naar de verspreiding van de muntjak in Nederland. Het onderzoek richt zich op de gebieden waar muntjaks zijn waargenomen sinds 2010: de Veluwe, Zuidoost-Brabant en Zeeuws-Vlaanderen. Voornamelijk in de maanden januari t/m maart 2016 worden waarnemingen verzameld. In de winter zijn de muntjaks beter zichtbaar en sporen beter vindbaar. Waarnemingen na deze periode zijn ook welkom op onderstaande internetsites.
De muntjak is een kleine hertachtige en houdt zich voornamelijk op in loof- en gemengd bos met een dichte ondergroei. De soort heeft een verborgen leefwijze en komt voor in lage dichtheden. Voornamelijk in de ochtend- en avondschemering worden de dieren ook wel gezien op graslanden en akkers. Het onderzoek zou moeten uitwijzen of het gaat om lokaal een enkel dier of dat er grote aantallen verborgen leven door de verborgen leefwijze.
Met het onderzoek wordt gezocht naar antwoord op de vragen: 1. Waar komen de muntjaks momenteel voor? 2. In welke aantallen komt de muntjak voor in Nederland? 3. In hoeverre is er sprake van voortplanting? Dit is het eerste onderzoek dat in Nederland wordt uitgevoerd naar het voorkomen van de muntjak.
De muntjak liep al op de aarde rond in de tijd van de sabeltandtijgers en mammoeten. Het dier is erg weinig veranderd in de tijd. Van nature komt de muntjak voor in Zuidoost-Azië. In de 20e eeuw is de Chinese ondersoort geïntroduceerd in Engeland door John Russel Reeves. Incidenteel komt de soort nu ook voor in Nederland. De muntjak wordt als exotisch dier soms gehouden in wildverzamelingen of hertenfarms waar het kan ontsnappen.
Herkenning
Een muntjak is kleiner dan een ree en lijkt varkensachtig door de korte poten. In verhouding heeft het een stevige lijf en vaak een gekromde rug. De vacht is in de zomer vrij egaal glanzend kastanjebruin, maar naar de buik toe iets lichter. In de winter wordt de vacht donkerbruin en zijn de poten bijna zwart. De muntjak heeft wit aan de kin en een witte spiegel, die gewoonlijk door de staart bedekt wordt. De staart is vrij lang voor een hertachtige.
Op het voorhoofd heeft het vrouwtje een vliegervormige donkere vlek, die overgaat in een donkere streep over de rug. Deze streep is niet altijd even duidelijk zichtbaar. Bokken hebben meer een V-vorm die loopt over de hoog uitstekende rozenstokken, waaraan een kort gewei zit met maximaal een kleine vertakking.
Op het voorhoofd zitten twee strepen van 3 tot 4 centimeter met geurklieren (langs de V- of vliegervorm). De andere twee zitten in de binnenste ooghoeken en zijn goed zichtbaar. In de bovenkaak zitten scherpe hoektanden die net buiten de lippen uitsteken. Bij de bok kunnen die bijna 4 centimeter worden. Bij veel oudere dieren zijn deze tanden afgebroken.
De verschillen tussen muntjak en ree zijn in onderstaande tabellen opgenomen.
Geluid en communicatie
Muntjaks staan vooral bekend om het blaffende geluid dat ze vaak maken. Ze worden ook wel blafherten genoemd. Het blaffen wordt gebruikt om verschillende redenen. Vrouwtjes die paringsbereid zijn blaffen bijvoorbeeld veel en vaak en beide seksen blaffen als er gevaar dreigt. Overigens blaffen reeën ook, maar minder aanhoudend (lang) dan muntjaks.
Verder communiceren muntjaks veel met hun geurklieren. In de dichte vegetatie waarin ze leven laten ze veelvuldig geursporen achter. Behalve de geurklieren op het hoofd hebben ze ook nog geurklieren tussen de hoeven van de achterpoten.
Daarnaast gebruiken muntjaks veel lichaamstaal. Bij verstoring zetten ze hun nek op terwijl ze bekijken of de verstoring ook gevaar betekent. Vaak stampen ze met een voorpoot om een roofdier te laten weten dat het ontdekt is. Daarna rennen ze weg met hun staart in de lucht, zodat de witte achterkant duidelijk zichtbaar is. Dit is een signaal voor andere muntjaks dat er gevaar dreigt. Vrouwtjes die vruchtbaar zijn gebruiken dit ook als teken dat ze paringsbereid zijn.
Oproep waarnemingen
Meldingen van muntjaks kunnen worden doorgegeven op www.waarneming.nl, www.telmee.nl en via het emailadresmuntjak.melding@zoogdiervereniging.nl.
Voor dit artikel is gebruik gemaakt van informatie van: Hans Hollander, Bureau van de Zoogdiervereniging, Nature Today. Tabellen: Forestry Commission