ls faunabeheerder is het noodzakelijk om tot een goed beheersplan te komen om inzicht te hebben in de hoeveelheid herten, zwijnen en reeén in het betreffende gebied.  Wat de doelstelling ook moge zijn, meten is weten. Die doelstelling kan varieren van bosbouw, waarbij de wilddruk zo laag mogelijk dient te zijn tot een vorm van natuurbeleving waarbij de kans op het zien door de bezoekers van wild in een zo natuurlijk mogelijke omgeving in harmonie van de verschillende natuurelementen. Als primaire doelstelling verdwijnt de bosbouw steeds meer en is een ondergeschikt aspect in de natuur als geheel. Toch dient de wildstand niet te groot te worden, want ook andere redenen kunnen van belang zijn om de stand getalsmatig te beheren. Te denken is hierbij beperking van schade aan land bouwgewassen en aan de verkeersveiligheid.  Door afschot kan de wilddichtheid verlaagd worden in buurt van deze gebieden en daaarintegen mag de stand groeien in de zogenaamde kerngebieden.

Vanavond is de eerste  van de twee telavonden, die in leefgebied Zuidoost , een van de vijf leefgebieden, van de Veluwe, gepland staan. Circa 75 mensen zijn aanwezig, allemaal personen met een gedegen kennis van de herten en in het biezonder in het aanspreken (door observatie bepalen van leeftijd, geslacht en conditie) daarvan.

Gekozen is om te tellen vanuit de door een telgebied rijdende auto. Mede gezien het feit dat in de gebieden van NatuurMonumenten de hoogzitten en wildkansel nagenoeg allemaal afghebroken zijn, is dat een effectieve maniert van tellen.  Langzaam toeren terreinauto's rond vanaf zes uur over de Veluwse heide- en bospaden. Gedurende de komende drie uur dienen alle gespotte herten genoteerd te worden met vermelding van o.a tijd, aantal, trekrichting, geslacht en leeftijdsgroep. Al snel staat op zo'n 60 meter van het pad een roedel van 14 stuks damkaalwild. Met de verrekijker kunnen twee damspitsers onderscheiden worden van de rest van het roedel. Op een vorrmalig landbouwgebied staan reeen. Een sprong van 6 stuks trekt over de hei weg. Later zien we in een lager gedeelte nog 4 reeën liggen. Dan blijft het lang rustig en zien het eerdere roedel van 14 dammen. Pas na dik na 8 uur zien we weer herten. Na veel damkaalwild nu ook vier jonge damherten. Op de achtergrond staat een hinde en nog een stuk te kijken. Iets minder ver wisselt wat damkaalwild en op de voorgrond steekt een zwijn in volle vaart het pad over.  Het aantal getelde herten schiet nu omhoog.  Vanaf de hei zien we een kop van een hinde net buiten de bosrand bewegen De afstand is wel 800 meter. Via de andere kant cirkelen we terug de hei op en zien links een roedel kaalwild over de heuvel komen, 13 stuks. Het totaal aan dam- en edelherten komt hiermee op 46. Een heel behoorlijke score. Terug in de uitspanning horen we dat het totaal aantal geteld herten op 448 komt en na correctie van dubbelgetelde dieren  op 406.


Een kale vlakte en geen beest te zien, toch?


Of wel?
Geheel links en geheel rechts zit een ree.


Damhert met links van zijn gewei
een edelherthinde met een "lange nek".


Acht stuks kaalwild hier zichtbaar van
een roedels van dertien  stuks