Image

Image
Als je de weg kent is het al lastig, maar op letterlijk onbekend terrein is het een hele opgave. Slechts een keer ben ik hier overdag geweest en dan wordt orienteren in het donker lastig. Mijn pas gaat terug naar survivalmode en voetje voor voetje schuifel ik in de diepe banden sporen over de weg in de richting van de hoogzit. Meestal kan je het zand op de weg nog wel door de lichtere kleur nog wel herkennen en zodoende letterlijk op het pad blijven. Vannacht echter niet, slechts wat lichtere en donkere vlekken op de grond zonder enige samenhang zijn waar te nemen. De diepe sporen hebben wel als voordeel dat ik als een trein op de rails blijf. Ik weet dat er een afspliting in de weg komt en ben beducht op een afwijkend bodemprofiel. Hier raak ik even het spoor bijster en besluit even een lampje aan te doen. Ha, iets meer links houden en dan kan die weer. Het licht ijlt na op mijn netvlies en zelfs de spaarzame lichtere vlekken zijn verdwenen. Ik passeer wat lange bomen langs het pad, af en toe strijkt een tak met bladeren langs mijn gezicht. Ik schrik er niet van maar het verhoogt wel de spanning. "Aan het eind voor het raster links" is de volgende aanwijzing die ik mij herinner.  Maar hoever was het ook al weer. Ik besluit mijn lampje weer te pakken en aan te laten tijdens het lopen. Ik hou het laag en naar beneden gericht en loop verder. Wat een verademing en niet voor niets, al snel zie ik een pad links en mijn pad loopt verder rechtdoor. En ik dacht dat het pad hier zich voor het raster zich naar links en rechts splitste. Ik sta nu op de hoek van het ingerasterde gebied, waar de hoogzit tegenaan staat. Ik doe het lichtje uit en de net ontsproten maisplantjes geven redelijk duidelijk de richting aan. Nu de even de hoogzit in. Ik voel als een blinde langs de wanden op zoek naar de deur. Niet te vinden. Boonsel, een trappetje aan de voorkant in plaats van de zij- of achterkant, dan word je wel even op het verkeerde been gezet.  De spulletjes installeren en de raampjes open. Hartstikke donker. Zelfs de overgang tussen boomtoppen en lucht is niet te herkennen. Geeft niet, rond drie uur moet het al waarneembaar gaan worden dat de dag eraan gaat komen.

Even na drie uur zie ik de maisstrepen op het veld en krijg nu pas een goede indruk van de glooiing en de afmeting van het maisveld. In de nabije omgeving hoor ik enkele vogels tien minuten kwetteren om vervolgens weer in de grootste mogelijke stilte terug te vallen.  Ik geniet en wacht op het wil en word beloond met een reebok van bij me, die daar lange tijd laveit.

PS. Ik ben in het buitenland en heb toestemming om in het donker naar de hoogzit te lopen.