Geweiententoonstelling Middachten

Uit de vrije wildbaan (excl. het Kroondomein en Park de Hoge Veluwe ) is 83% van de hertengeweien van 2 jaar en ouder aanwezig. 13 van de 175 inzendingen werden als onjuist afschot gekwalificeerd.  250 reebokgeweien, zijnde een selectie uit het totale afschot gedaan door de WBE's IJsselvallei, Voorst, Brummen, Zuid Veluwe West, Lunteren, Veluwe Noord West, Vale Ouwe, Noord Oost Veluwe, Midden Veluwe en de Zuid Oost Veluwe. Van de damherten uit de Noord Veluwe en Zuid Oost Veluwe zijn nagenoeg alle hertengeweien aanwezig. Twee van de 31 werden als onjuist afschot beoordeeld.

Aan de hand van tellingen, de voedselsituatie, verkeersveiligheid en landbouwschade is er voor het afgelopen seizoen het afschot bepaald. Van die planning is voor de zwijnen 107% gerealiseerd (door bijstelling van het afschotplan)  en 75% van de herten.

In de katalogus staan alle inzendingen per WBE gespecificeerd op plaats, leeftijd bepaald door de jager, leeftijd bepaald door de keuringscommisie, de leeftjd, gewicht en de eventule opmerkingen, zoals kreupel, verkeersslachtoffer, 0-stand, dood gevonden of gevorkeld.

De twee dagen kenmerkte zich door een gemoedelijke en een gezellige sfeer, waarbij velen elkaar weer na een langere tijd weer ontmoetten.

Foto: Jan Paulides

Graf zu Ortenburg

Image

Speech Philip Salm:

Allereerst wil ik de Vereniging Wildbeheer Veluwe bedanken voor de uitnodiging u hier te mogen begroeten. In die dank betrek ik natuurlijk ook graag Graaf Zu Ortenburg die opnieuw deze jaarlijkse ontmoeting, met het beschikbaar stellen van zijn prachtige kasteel, laat omlijsten. Het laat zien dat onze gastheer grote waarde hecht aan de uitvoeringspraktijk van het faunabeheer. Dat stekt hem tot eer.
Ik ben aangekondigd als ‘Voorzitter van Het Edelhert’. Die organisatie is niet vier weken geleden opgericht, maar heeft na 60 jaar sinds vier weken alleen een andere naam. Niet meer ‘het behoud van edelherten’ staat centraal – want die zijn al behouden – en ook niet meer ‘de Veluwe’ – want herten lopen ook daarbuiten.
Het is steeds weer heel aangenaam om met u bijeen te zijn aan het einde van het afschotseizoen. Aangenaam om met anderen de ervaringen te delen van het actief beheren van wildpopulaties. Met elkaar omzien naar dat wat het afgelopen seizoen ons heeft gebracht.
U allen bent actief geweest in het beheer van de populaties van grote hoefdieren. Naar de overtuiging van onze vereniging is dat een eerbaar en nuttige activiteit. De opperhoutvester en opperjagermeester van H.M. Kon. Wilhelmina, dhr Reinders heeft nooit nagelaten het op mijn hart te drukken dat we populaties geen slechtere dienst kunnen bewijzen dan haar te groot te laten worden. Door ongecontroleerde toename neemt zowel het dierenwelzijn door voedselconcurrentie af, als het maatschappelijk draagvlak door vraatdruk en verkeersveiligheid.
U bent het die met een vakkundig oog hebt te beoordelen welke dieren toekomst hebben en welke niet. Dat is verantwoordelijk werk en doet een beroep op uw persoonlijke integriteit.
Toch kunnen we er niet omheen dat getalsmatig beheer door afschot, in Nederland omstreden is en steeds meer en vaker omstreden lijkt te worden. Naast het feit dat het een prerogatief van weinigen is, is dat voor een groot deel te verklaren door de toegenomen afstand van het dagelijks leven van het grote publiek ten opzichte van de natuur. Die afstand heeft vervreemding tot gevolg en doet dieren zien in - wat men noemt - antropomorfe context. Anders gezegd, het doet dieren zien als ‘een speciaal soort mens’. Haagse debatten met betrekking tot het leven van de goudvis is daar een grotesk voorbeeld van.
Toch wil ik u in overweging geven dat niet ál te gemakkelijk als verklaring aan te merken voor toenemende maatschappelijke belangstelling voor uw werk. Dat afschot nauwgezet wordt gevolgd is een gegeven en ook helemaal geen probleem voor zover het gebaseerd is op reële veronderstellingen en deskundigheid. Helaas is daar lang niet altijd sprake van.
Wederkerig kan de natuurbeheerder zich niet genoeg inspannen om te laten zien wat hij doet, hoe hij het doet en waarom hij het doet. Dat voorkomt dat uw reputatie in bijvoorbeeld de zwartwild-problematiek in diskrediet kan worden gebracht. Een dag als vandaag en morgen moet daarom deel uitmaken van een voortdurende inspanning om uw blazoen zuiver te houden. Dát moet de reden zijn dat iedereen mag zien hoe afschot in de praktijk van alle dag plaatsvindt en waarom welke dieren zijn afgeschoten. We weten allemaal ook dat die verantwoording onvolledig is: geen vrouwelijke dieren en geen volledige Veluwse dekking. We hebben eerlijk te erkennen dat dit een zeer serieuze lacune is in de verantwoording naar het publiek. Alhoewel nieuwe inzichten voortdurend overwogen worden - bijvoorbeeld m.b.t. de middencategorie mannelijk roodwild - moeten we ook onder ogen zien dat daar niet veel aan te doen valt. Wie weet hoe het beter kan mag wat ons betreft opstaan.
Natuurlijk weet iedereen hier aanwezig dat voor wat betreft natuurbeheer er in Nederland – vooral in Nederland -  ook gezocht wordt naar en geëxperimenteerd wordt met nieuwe vormen. Het achterlaten van kadavers, het instellen van jachtvrije gebieden en het lokaal laten toenemen van dichtheden bijvoorbeeld. Voorshands worden die nieuwe opvattingen controversieel gevonden. Toch hoop ik dat ook u nieuwe inzichten niet op voorhand ter zijde wilt schuiven, maar het debat erover op basis van argumenten aan wilt gaan. Juist díe attitude zal uw geluid kracht bijzetten en uw bijdrage aan het debat respectabel doen zijn. Dat is nodig indien u ambieert ook mee te doen met die andere maatschappelijke debatten, zoals bijvoorbeeld de inrichting van de poortgebieden en nulstandbeleid in de toekomstige robuuste verbindingen. Dáár wil ook de vereniging Het Edelhert zich positioneren: verweven met het ambacht, maar ook gericht op het verder gelegen perspectief.
Daarom wens ik u allen voor nu een prettige - ja feestelijke - bijeenkomst rond de verantwoording van het Veluwse afschot, maar daarnaast ook bezinning op een strategische visie op de toekomst.

Dank u wel.

Foto: Jan Paulides

Rob Borst legt uit waarom dit specifieke hert voor afschot in aanmerking is gekomen.

Foto: Jan Paulides

Drie leden van onze vereniging, Renée, Marc en Hans proberen een schatting te maken van de leeftijd van het hert aan de hand van het gewei. De katalogus geeft uiteindelijk de doorslag wat de leeftijd geschat door de keuringscommissie vermoedelijk zal zijn.

Foto: Jan Paulides

Foto: Jan Paulides

Meer dan duizend bezoekers verdeeld over de twee dagen bezochten de tentoonstelling.

Foto: Jan Paulides

Foto: Jan Paulides

8-jarig hert NO-Veluwe onjuist afschot (dubbele kroon op kompleet gewei) Wel moedig van de schutter om toch zijn hert hier te tonen en zijn beoordelingsfout te erkennen. En zo hoort het, het is vaak niet makkelijk in het bos exact te beoordelen of het hert voor afschot in aanmerking komt. Voor een eerlijke vergissing uitkomen toont karakter en acceptatie van de gevolgen.

Foto: Jan Paulides

10-jarig hert werd op de ISK door 15 kogels getroffen. Blauwe punt: "valwild"

Foto: Jan Paulides

Detail: 3 kogelgaten in de rechterstang

Foto: Jan Paulides

3-jarig hert heeft een niet-ontwikkeld linker stang. Het hert was kreupel met een verdikt gewricht in de rechterachterloper. (ISK Midden Veluwe)

Foto: Jan Paulides

Foto: Jan Paulides

Verantwoording van het afschot, maar even belangrijk op deze tentoonstelling  is het sociale kontakt tussen de beheerders onderling

Image

Foto: Jan Paulides

E.e.a ondersteund door de catering verzorgd door Slagerij ter Weele.